Vader,
soms is er het gevoel,
dat je wegzinkt,
dat je niet wordt begrepen,
dat je alleen staat.
Met pijn in je hart
val je steeds verder in een diep, diep ravijn.
Dank U, Vader,
dat U me dan omringt,
me koestert, en niet uit het oog verliest,
zoals een arend zijn jongen leert vliegen
en klapwiekend boven hem rondzweeft,
en als het jong neerstort, het op de vleugels neemt.
Vader,
laat me dan ook zo zweven,
steeds hoger en hoger uit dat diepe ravijn.
En leer me dan te mogen opzien naar dat kruis,
waaraan eens mijn Heiland stierf.
Naar Deuteronomium 32:11
Cees van Wijgerden