Verdrietig, boos, eenzaam,
zit ik in de kamer,
tranen,
nog net niet over mijn wangen
een traan dreigt te ontsnappen,
vlug veeg ik haar weg,
buitengesloten,
maar uit liefde,
bescherming bedenk ik me,
de boosheid zakt,
eenzaamheid wordt sterker,
het raakt me ongelooflijk diep,
liever gekwetst door wat jou bezighoudt,
dan het gevoel van een druppel regenwater,
die net te veel is voor de plas.

Sandra Fase