
Ik hebt de touwtjes niet meer in handen,
deze klap zag ik niet aankomen.
Alles om mij heen valt weg,
het is vechten, boosheid.
En het slaat een diepe wond,
Mijn “ik” valt om, plat op de grond.
Vanuit het niets, kwam het op mijn weg
en ik werd meegesleurd.
De twijfel sloeg toe!
Maar toen, midden in deze storm,
kwam U plotseling vanuit het niets.
Zonder een verhaal of een lange speech.
U noemde mijn naam, verder niets.
Midden in mijn donkere dal,
zei U: Ik laat je niet gaan!
Ik… ben er voor jou, nu op dit moment.
Ik weet wat er nu in je omgaat.
Ik maak je vrij, voordat je verder gaat.
Cees van Wijgerden
